De vakantie van Hegel

Das Bild kann eine Beschreibung ersetzen” (Wittgenstein, Tagebücher, 27-03-15)

Er is niemand die zo treffend in zijn werk de vervreemding en verscheurdheid van de mens in het tijdperk van de kunstmatige intelligentie heeft verbeeld als de Belgische schilder René Magritte (1898-1967).

Iedereen kent zijn schilderij van een pijp met als onderschrift “Ceci n’est pas une pipe”. Behalve dan de drie deelnemers aan het programma “De Slimste Mens”. Die meenden nog nooit van de Belg met de bolhoed te hebben gehoord.

Het thema van Magritte’s werk is de verbeelding, de relatie tussen onze beelden van de werkelijkheid en de werkelijkheid zelf. In zijn schilderijen, die vaak van een exacte, naakte schoonheid zijn, verbeeldt hij de vervreemding van de moderne wetenschap, de arbitraire relatie tussen de woorden en de dingen waar ze voor staan en de omkeerbaarheid van beeld en werkelijkheid, waarmee we nu dagelijks geconfronteerd worden middels de producten van de kunstmatige intelligentie (de artificial intelligence). “De conclusie is welhaast onafwendbaar: de geschilderde pijp van Magritte vervult een filosofische functie.” schrijft Frans Boenders in het hoofdstuk Gemeenschap en geheim van Magritte Retrospectief, uitgegeven ter gelegenheid van een overzichtstentoonstelling van zijn werk in Brussel en Parijs. De filosofische vraag die zijn werk oproept is die naar de correspondentie tussen de beelden, de woorden en de gedachten enerzijds en de werkelijkheid anderzijds. Het is de correspondentie waarover de fysicus Heinrich Herz schrijft in de Inleiding van zijn Prinzipien der Mechanik, de correspondentie waar ook Wittgenstein mee worstelde, de correspondentie die uiteindelijk functioneert in de intelligente machines, waarin de woorden hun werk doen.

Het woord als beeld

De werken van Magritte zijn vaak superrealistisch, ze overtreffen de werkelijkheid en de verbeelding ervan door de kunstenaar. De titels van Magritte’s schilderijen zijn vrijwel altijd raadselachtig. Ze roepen vaak de vraag op: waarom deze titel? wat zou hij bedoeld hebben? Deze vervreemding is onderdeel van zijn werken. Magritte heeft nooit veel losgelaten over zijn motieven voor de door hem gekozen titels. Maar daar is minstens één uitzondering op.

Het betreft een schilderij van een paraplu waarop een glas voor driekwart gevuld met water. Het heeft de titel “Les vacances de Hegel.”. Waarom, vraag je je af.

Les vacances de Hegel.

Voor Magritte was het schilderij een eindproduct van talloze oefeningen in het schilderen van een glas water. Langzaam ontstond, zo schrijft hij in een brief aan de bevriende kunstcritica Suzi Gablik, de lijn van een paraplu. Eerst plaatste hij de paraplu in het glas maar later kwam het glas op de paraplu te staan. Zo ontstond een compositie waarbij twee dingen samen komen die een contrasterende relatie hebben met het water. Het glas vangt het op en houdt het vast. De paraplu stoot het water van zich af. Hij meende dat het samenkomen van deze beide tegengestelde functies de filosoof Hegel wel zou hebben aangesproken en geamuseerd. Alsof Hegel op vakantie was.

En dat verhaal zou de keuze voor de titel verklaren. Of deze verklaring ons bevredigt of niet, wat we uit Magritte’s uitleg in elk geval mogen afleiden is dat hij bekend was met het werk van de grote Duitse dialecticus G.W.F.Hegel (1770-1831).

“Van Causa sui tot automatie”

Nu is er geen filosoof die in zijn werken op zo’n overtuigende wijze zijn begrip van de diverse momenten van het informatiebegrip en daarmee van de aspecten van de daaruit voortgekomen kunstmatige intelligentie heeft beschreven als Hegel. Zoals Magritte’s werken de resultaten laten zien van zijn reflectie op de relaties tussen mens en werkelijkheid zoals de mens deze in zijn verbeelding van die werkelijkheid tot uitdrukking brengt, zo probeert Hegel de verscheurde relatie van de menselijke geest zelf tot de wereld te verzoenen (‘auf zu heben’) in zijn filosofische systeem: de Absolute Geest. Het betreft de opheffing van de tegenoverstelling van het denkende subject (het Cartesiaanse cogito) en de objectieve wereld (de ‘res extensa’), de vervreemdende wetenschap die alleen de verschijnselen kent maar voor wie het “Ding an sich” voor altijd verborgen blijft, een Wittgensteiniaans mysterie.

Zowel in zijn Wissenschaft der Logik, met name in het hoofdstuk over de maat, de kwantitatieve uitdrukking van de kwantiteit, als in de vele Zusätse over de taal in de hoofdstukken over de subjectieve geest, en over het machinale van het denken in de vroege Jenaer Realphilosophie (de woorden die het denken als het ware programmeren) herkennen we de eerste spruiten van een ontluikend begrip van de uitwendigheid van de relatie tussen mens en natuur zoals die in de informatie-technologie tot uitdrukking komt.

De Godsidee van de automatie

Toen ik voor het eerst met Magrittes Les vacances de Hegel geconfronteerd werd schoot mij een passage van Hegel te binnen dat gaat over de relatie tussen oorzaak en gevolg. Om de identiteit van identiteit en onderscheid van oorzaak en gevolg te illustreren wijst Hegel op de jas die nat wordt van de regen. De regen is de materiële oorzaak waarvan de natte jas het materiële gevolg is. Maar deze relatie tussen de in ons denken onderscheiden formele aspecten bestaat in werkelijkheid alleen in zoverre de natheid van de jas gevolg is van de natheid van de regen. Het nat van de regen is dan het zelfde nat als het nat van de jas. Oorzaak en gevolg zijn qua fysica één. Zolang de wetenschap die eenheid van oorzaak en gevolg niet ontdekt heeft zal ze niet rusten. Maar zonder het onderscheid te maken is er geen experimentele wetenschap mogelijk. De wetenschap heeft niets aan de causa sui idee, aan de zichzelf veroorzakende oorzaak, de Godsidee van de automatie. De automaat is de uitwendige objectivatie van de Hegelse filosofie, om de woorden van Jan Hollak te gebruiken (zie zijn “Hegel, Marx en de Cybernetica”). We hebben de natuur zodanig ingericht dat de woorden werken als tekens die ingetoetst, uitgesproken of getoond de natuur ertoe bewegen te werken zodat het effect correspondeert met de betekenis ervan.

De regen wordt dan wel als oorzaak gezien van de natte jas, het mag nog zo hard regenen als de man met de jas en de bolhoed een paraplu op heeft wordt zijn jas niet nat. Magritte verving de jas door de paraplu en het glas, de twee instrumenten die de materiële tegenpolen van de relatie tussen oorzaak en gevolg representeren. Het water symboliseert de natheid, de identiteit van oorzaak en gevolg.

Blijft de vraag waarom Magritte in zijn brief aan Suzi Gablik niet naar deze passage van Hegel verwijst. Was hij dit onderdeel van het ontstaan van de titel vergeten? Ik waag het te betwijfelen.

In de wereld van de kunstmatige intelligentie lijken mens en techniek elkaars evenbeeld te zijn en net zo uitwisselbaar als de verbeelding en de werkelijkheid in de werken van Magritte. De technologie zorgt voor een revolutie in de relatie tussen mens en zijn kennis van de wereld. Het denken van de wereld zit in de wereld ‘cloud’ en wij zijn daarvan de googelende consumenten.

Foto midden: In de Hegelstrasse, Oost-Berlijn. De meneer links is een toevallig passerende Franse toerist. De fotograaf is een niet zo toevallig passerende Japanner, een Hegel fan.

Aan de achterkant van het statige hoofdgebouw van de Humboldt Universiteit, waar je in de voetsporen van grootheden als Karl Marx, Max Planck, en Albert Einstein door de brede gangen treedt, bevindt zich de Hegelstrasse. Ik bezocht de universiteit in Oost-Berlijn een paar jaar geleden op één van mijn laatste dienstreizen. Tijdens een workshop liet ik mij bijpraten over de nieuwste ontwikkelingen op het gebied van de argumentatietechnologie. En natuurlijk ging ik er ook heen om oude contacten op te warmen met de lectoren van de workshop. Misschien waren ze geïnteresseerd in onze plannen voor een nieuw, “groots en meeslepend” door Europa te financieren onderzoekproject. Technologie is een geloof dat zoals ieder geloof leeft van grootse toekomstplannen en beloftes.

De Slimste Machine

Hoe komt de supercomputer Watson van IBM aan zijn kennis? Die haalt hij van het internet. Het was een leuke afstudeeropdracht die een studente van mij jaren geleden uitvoerde. Kijk of je een Vraag/Antwoord-machine kunt maken die uit ongestructureerde data op het internet kennis haalt om vragen van gebruikers te beantwoorden. De enthousiaste studente slaagde er binnen de korte periode van een afstudeeropdracht in een systeem te maken dat vragen als “Wie is de auteur van Pluk van de Petteflat?” of “Wie vermoordde Kennedy?” foutloos beantwoordde. Wat ‘het goede antwoord’ was dat bepaalden wij. Niet de computer. Dat zou wel eens kunnen veranderen. Waar komt onze ‘kennis van de feiten’ vandaan?

De studente beperkte zich tot vragen die met een persoonsnaam beantwoord konden worden. In de beperking toont zich de meester. Ze slaagde met glans. Ik heb het toen niet geprobeerd maar het zou best eens kunnen dat haar QA-systeem de vraag “Wie schilderde het werk met de text “ceci n’est pas une pipe” erop?” correct had beantwoord. Watson kon veel meer soorten vragen beantwoorden en zal met afstand het programma De Slimste Mens winnen. In Berlijn bleek dat IBM al weer verder was dan Watson.

Argumenten uit het web trekken

Tijdens de (First ever) ACL 2016 Tutorial on NLP Approaches to Computational Argumentation praatten de lectoren Chris Reed (Dundee), Iryna Gurevych (Darmstadt), Benno Stein, (Weimar) en Noam Slonim (IBM Research, Dublin/Haifa) ons bij over de stand van de argumentatie-technologie. Hoe ver zijn we gevorderd in het zoeken van argumenten en tegenargumenten voor een bewering, zoals “Het eten van fruit en groenten is gezond”, die je als gebruiker in kunt voeren. Die kennis haalden ze van het internet. Dat is de plek waar de mens zijn kennis opslaat in talloze documenten, in discussiegroepen en in sociale media berichten.

Maar taal is geen kennis. Een zin is geen bewering, een bewering is nog niet waar en wat er bedoeld wordt, dat wordt pas duidelijk in de context van een tekst en in de context van een dialoog, als antithese. En als iemand in een argument verwijst naar een expert dan moet je wel weten of dat echt een expert is. Iemand met kennis van zaken dus. Daarom is het geen triviale exercitie om beargumenteerde kennis op machinale wijze uit het internet te trekken. Het lijkt een onmogelijke taak, omdat de machine in zijn eigen staart lijkt te bijten. Maar toch.

De Democratische Stemmachine

Maar toch. Als we iets positiefs met deze vorm van kunstmatige intelligentie kunnen doen is het hier. Hier in deze technologie zit de mogelijkheid tot een echte democratie. De stemming van het volk wordt via het meten van de stemmen van iedere individuele burger vertaald naar de verschillende standpunten waarmee de politieke partijen zich van elkaar proberen te onderscheiden. De burger hoeft niet meer naar een stemwijzer.nl te gaan om te kijken op welke partij hij moet stemmen. De Machine van de Democratie berekent de uitkomst van de verkiezingen per verkiezingsthema uit de standpunten die de burgers via de sociale media hebben geuit. Dat is veel democratischer dan die ene stem op die ene partij die de burgers nu eens in de vier jaar mogen uit brengen.

De werkelijkheid van het beeld

De kunstzinnige beleving zit in de strijd van de tegenstellingen, van pool en anti-pool, van argument en tegen-argument. De logicus Johan van Benthem zocht net als IBM de logica en de waarheid in de eenheid van de dialoog, zoals Hegel de waarheid zocht in de dialectische eenheid van de tegenpolen. De kunstenaar Magritte zocht zijn waarheid in de eenheid en het onderscheid van beeld en werkelijkheid, in de mysterieuze relatie tussen schilderij en titel.

Published by

admin

Rieks op den Akker was onderzoeker en docent kunstmatige intelligentie, wiskunde en informatica aan de Universiteit Twente. Hij is gepensioneerd.

Leave a Reply